Hoe vaar je een nieuwe Sailhorse voor een schijntje...?
... rompswappen!

In 2012 is de romp van de Sailhorse sterk verbeterd met de komst van nieuwe mallen (de 2600-serie).  Daarnaast is Sailhorse uniek met de mogelijkheid om slechts een kale romp te bestellen, waar je bij de meeste werven een geheel complete boot moet afnemen.  Hierdoor is er bij de wedstrijdgroep het idee ontstaan om een nieuwe kale romp te kopen en alle spulletjes van de “oude” over te zetten.
In drie stappen en twee artikelen leggen we dit “rompswappen” uit.

Het resultaat is een kwalitatief goede boot die zelfs gemeten en daarmee wedstrijdwaardig gemaakt kan worden.

Er zijn natuurlijk nog vele zaken waaraan gedacht moet worden, maar ook hiervoor geldt ons principe: Leden helpen Leden!
Heb je vragen of ben je benieuwd naar de mogelijkheden? Lees verder en we leggen het uit.

Sailhorse rompswappen?  Ik zeg: "DOEN"!

Onderstaand artikel heeft geactualiseerde bedragen (Januari 2023).

Hoe hoog legt u de lat?
Er is altijd een gezonde spanning tussen onze zeilwensen en wat we daaraan kunnen of willen besteden. Sailhorse heeft een nieuwe romp (type G) en natuurlijk zouden we die allemaal graag hebben, maar ja…….  Maar aan het eind van de dag hebben we meer genoten van het zeilen in een boot die goed voor elkaar is, dan in een ééntje met allerlei gebreken! 
Bij Sailhorse kan je de lat zo hoog leggen als je zelf wilt en ik ga proberen uit te leggen hoe dat werkt aan de hand van twee voorbeeld situaties.

De nieuwe Sailhorse standaard, zeilklaar met grootzeil en fok (zonder trailer) kost ongeveer € 19.000,-.  Daar komt in wedstrijduitvoering natuurlijk nog het een en ander bij.  Ondanks het feit dat dit in de markt van de open 6mtr kielboten een zeer concurrerende prijs is voor dit topproduct, blijft het in absolute zin natuurlijk een heel bedrag.  
Echter, een nieuwe kale romp is leverbaar vanaf € 9.000,-;  met een meerprijs voor de verschillende kleuren (max € 400,-) en voor de gaten (kielgat en loosopeningen).

De voorbeelden
We kennen twee manieren van rompswap, de enkele rompswap en de dubbele rompswap.  Om de schets en de uitvoering te begrijpen geef ik u eerst wat informatie:  De rompen met nummer 2349 en hoger zijn hol (luchtkasten), hebben geen schuim in de romp en geen dikke rubberrand.  Bijna al het beslag van oudere Sailhorses <2348, zoals mast, roer, hiel, spindel, past op alle rompen, zeer oud of zeer nieuw.

Onderstaande bedragen zijn inschattingen welke in de praktijk iets kunnen afwijken, maar geven een goed eerste gevoel voor de mogelijkheden.

1. Enkele rompswap situatieschets

Een eigenaar (A) van een -holle- romp met nummer tussen 2350 en 2599 wil graag een nieuwe romp. Hij monteert zijn beslag van de oude romp op de nieuwe en biedt zijn romp te koop aan. De eigenaar (B) van een schuimromp (lager dan 2348) heeft bijvoorbeeld water in het schuim, en of delaminatie van de vloer, en of een rubberrand die er niet uit ziet, enzovoort. Hij zou eigenlijk graag een romp zonder schuim hebben, zodat hij meer kan zeilen dan klussen.

Een eigenaar (A) van een -holle- romp met nummer tussen 2350 en 2599 wil graag een nieuwe romp. Hij monteert zijn beslag van de oude romp op de nieuwe en biedt zijn romp te koop aan. De eigenaar (B) van een schuimromp (lager dan 2348) heeft een hele goede schuim Sailhorse, maar wil toch eigenlijk graag naar een nieuwer type romp. Een derde eigenaar (C) van een zeer slechte Sailhorse, met bijvoorbeeld zeer veel water in het schuim, en of delaminatie van de vloer, en of een rubberrand die er niet uit ziet, enzovoort, ziet af van het klussen en wil een betere Sailhorse. Hij heeft vastgesteld dat klussen aan deze boot gewoon geen zin heeft.

re 1. Enkele rompswap uitvoering

• Eigenaar A koopt voor € 9.000,- een nieuwe romp en zet zijn volledige beslag om. Gelet op het feit dat de nieuwe romp een hogere rand heeft, moet daar een nieuw boegbeslag (± € 250,-) bij, en laat het oude boegbeslag op de te verkopen romp zitten. Het zeilnummer in de zeilen moet worden aangepast naar het nieuwe rompnummer (€ 250,-  of  € 50,- en een middagje werk).  Het kan natuurlijk zijn dat er meer wensen zijn, maar dit zijn, naast wat werk en schroeven en bouten de basiskosten. Voor wedstrijdzeilers geldt dat er een nieuwe meetbrief (met de meetkosten) moet worden aangevraagd.                       Eigenaar A heeft geswapt vanaf € 9.500,-, en heeft dan nog een romp te verkopen…

• Eigenaar B, met een schuimpje dat ‘redelijkerwijs niet te redden is,  koopt voor € 2.000,- tot € 3.000,- de -holle- romp van eigenaar A.  Hij vult de gaatjes, maakt alles weer strak en zet er (indien nodig) een nieuwe laklaag op à € 400,-.  Hij bouwt alles om van zijn oude schuimromp naar de ‘nieuwe’ romp.  Het mastspoor en het boegbeslag blijft zitten op de oude romp (dat past niet in verband met de niet aanwezige rubber rand) en op de nieuwe romp zat het boegbeslag nog(eigenaar A kon dat immers niet gebruiken).  Er moet een ander mastspoor en mastvoet (samen ± € 150,-) worden gemonteerd.  Het zeilnummer in de zeilen moet worden aangepast naar het nieuwe rompnummer (€ 250,-). Het kan natuurlijk zijn dat er meer wensen zijn, maar dit zijn, naast wat werk en schroeven en bouten de basiskosten. Voor wedstrijdzeilers geldt dat er een nieuwe meetbrief (met de meetkosten) moet worden aangevraagd. Eigenaar B voert de oude romp af naar de stort (€ 250,=).          Eigenaar B heeft geswapt vanaf € 4.000,-.

• Eigenaar A koopt voor € 9.000,- een nieuwe romp en zet zijn volledige beslag om.  Gelet op het feit dat de nieuwe romp een hogere rand heeft, moet daar een nieuw boegbeslag (± € 250,-) bij, en laat het boegbeslag op de te verkopen romp zitten.  Het zeilnummer in de zeilen moet worden aangepast naar het nieuwe rompnummer (€ 250,-). Het kan natuurlijk zijn dat er meer wensen zijn, maar dit zijn, naast wat werk en schroeven en bouten de basiskosten. Voor wedstrijdzeilers geldt dat er een nieuwe meetbrief (met de meetkosten) moet worden aangevraagd.  Eigenaar A heeft geswapt vanaf € 9.500,=.

• Eigenaar B koopt voor € 2.000,- tot € 3.000,- de romp van eigenaar A.  Hij vult de gaatjes, maakt alles weer strak en zet er (indien nodig) een nieuwe laklaag op à € 400,=.   Tevens koopt hij van eigenaar C een schuimpje dat ‘redelijkerwijs niet te redden is’(€ 600,-).  Hij bouwt alles om van de C schuimromp naar de ‘holle’ romp. Er moet er een ander mastspoor en mastvoet (samen ± € 150,-) worden gemonteerd.  Het zeilnummer in de zeilen moet worden aangepast naar het nieuwe -holle- rompnummer (€ 250,-).  Het kan natuurlijk zijn dat er meer wensen zijn, maar dit zijn, naast wat werk en schroeven en bouten de basiskosten.  Voor wedstrijdzeilers geldt dat er een nieuwe meetbrief (met de meetkosten) moet worden aangevraagd.  Eigenaar B voert de oude C romp af naar stort (€ 250,-).      Eigenaar B heeft dubbel geswapt vanaf € 3.000,-.

•  Eigenaar C verkoopt zijn ‘natte schuimpje’ aan eigenaar B (€ 600,-) en koopt het goede ‘droge schuimpje’ van eigenaar B (bijvoorbeeld € 2.000,-). Het kan natuurlijk zijn dat er meer wensen zijn, maar dit zijn, naast wat werk de basiskosten.    Eigenaar C heeft, zonder werk, geswapt vanaf € 1.400,=.

Tenslotte

Dit is een eerste globale blik op het rompswappen.  De SSC leden / Sailhorse-eigenaren die willen gaan rompswappen kunnen dit op www.sailhorse.nl kenbaar maken onder ‘gevraagd’ of ‘aangeboden’.

Vragen? Stel ze via [email protected]  aan Henk van Dijk.

Hieronder volgt een artikel uit het clubblad Horsevoer nr2 uit 2012